Immuuntherapie is een behandeling die ervoor zorgt dat het eigen
afweersysteem kankercellen beter kan vernietigen. Immuuntherapie
staat volop in de belangstelling: regelmatig melden kranten en
nieuwsrubrieken veelbelovende berichten over deze relatief nieuwe
behandelmethode tegen kanker. Het Antoni van Leeuwenhoek is nauw
betrokken bij veel grote (internationale) onderzoeken en heeft een
voortrekkersrol in onderzoek naar en behandeling met
immuuntherapie. De ontwikkelingen gaan snel, maar momenteel is
immuuntherapie pas voor een paar vormen van kanker een
standaardbehandeling.
De immuuntherapie-onderzoekers van het Antoni van Leeuwenhoek
werken intensief samen met de kankerspecialisten van ons instituut.
Zo is er nauw contact over het toenemend aantal
standaardbehandelingsmogelijkheden en over de mogelijke deelname
van bepaalde groepen patiënten aan nieuwe experimentele
behandelingen.
Hier vindt u meer informatie over immuuntherapie, welke vormen er zijn, hoe een immuuntherapiebehandeling verloopt en de bijwerkingen die kunnen voorkomen.
Immuuntherapie is een verzamelnaam voor verschillende behandelingen die het menselijk afweersysteem in staat moeten stellen kankercellen te bestrijden – zoals afweercellen dat ook doen bij bijvoorbeeld bacteriën. Het afweersysteem wordt hiervoor versterkt en bewerkt. Immuuntherapie richt zich dus niet op de tumor, zoals bijvoorbeeld chemotherapie of bestraling, maar op het activeren van het eigen afweersysteem.
Standaardbehandeling en klinische trials
Er wordt in het Antoni van Leeuwenhoek veel onderzoek gedaan om nieuwe vormen van immuuntherapie te ontwikkelen en bestaande vormen van immuuntherapie te verbeteren. Een aantal immuuntherapiebehandelingen zijn inmiddels standaardbehandelingen. Standaard betekent dat deze vorm van immuuntherapie officieel is geregistreerd voor de behandeling van bepaalde soorten kanker. Andere behandelingsvormen zijn nog in ontwikkeling en worden alleen gegeven als experimentele therapie. Zo’n experimentele behandeling wordt ook wel klinisch wetenschappelijk onderzoek of een klinische trial genoemd. In het Antoni van Leeuwenhoek ‘lopen’ veel klinische trials waaraan patiënten mee kunnen doen.
Uw arts legt u uit met welke bedoeling een behandeling met immuuntherapie aan u wordt voorgesteld. Oorspronkelijk werd immuuntherapie alleen gegeven als de ziekte niet meer genezend kon worden behandeld. Omdat bij een deel van de patiënten de kankercellen geheel vernietigd werden en de kanker ook vaak langdurig wegblijft, wordt immuuntherapie nu gezien als een behandeling met ook een genezend doel. Deze behandeling is gericht op het vergroten van de kans op genezing. Soms wordt immuuntherapie gegeven als een aanvullende behandeling, bijvoorbeeld na een operatie of bestraling om eventueel achtergebleven kankercellen te vernietigen. Of om eventuele zeer kleine, onzichtbare uitzaaiingen buiten het operatie- of bestralingsgebied te vernietigen. Dit laatste is nog experimenteel.
Er zijn grofweg vier verschillende soorten immuuntherapie. Of immuuntherapie voor u een optie is, en welke soort immuuntherapie wordt gekozen, hangt af van veel verschillende factoren. Uw behandelend arts bespreekt met u of in aanmerking komt voor immuuntherapie, en voor welk soort.
Checkpoint remmers
De vorm van immuuntherapie die al het meest is ontwikkeld, is de behandeling met checkpoint remmers die de afweerreactie versterken. Checkpoint remmers voor immuuntherapie worden door de farmaceutische industrie ontwikkeld. U krijgt de checkpoint remmers via een infuus toegediend. Bij deze vorm van immuuntherapie binden de checkpoint remmers aan specifieke schakelaars op de afweercellen of de kankercellen. Hierdoor wordt het afweersysteem geactiveerd.
De afweercellen kunnen nu gemakkelijker de kankercellen herkennen en vernietigen. Behandeling met checkpoint remmers die de afweerreactie versterken wordt al veel gegeven. In grote onderzoeken is aangetoond dat patiënten met bijvoorbeeld melanoom,
niercelkanker, longkanker of blaaskanker baat kunnen hebben bij een behandeling met deze checkpoint remmers.
Sommige van deze middelen zijn al officieel geregistreerd als geneesmiddel voor bijvoorbeeld vergevorderd melanoom of bepaalde vormen van longkanker, zoals Ipilimumab (Yervoy®), Nivolumab (Opdivo®) en Pembrolizumab (Keytruda®). Behandelingen met geregistreerde geneesmiddelen worden ook wel standaardbehandelingen genoemd.
Vaccins
Er zijn verschillende soorten vaccins ontwikkeld die gebruikt kunnen worden in de behandeling tegen kanker. Vaccins worden gemaakt in het laboratorium. Vaccins bestaan er in verschillende vormen. Ze kunnen bijvoorbeeld bestaan uit gedode kankercellen of stukjes DNA. Deze vaccins worden gegeven om te zorgen dat er een afweerreactie ontstaat tegen de kankercellen. Na de vaccinatie kunnen de geactiveerde afweercellen de kankercellen aanvallen.
Onder deze behandeling valt ook de zogenoemde dendritische cel vaccinatie. Dendritische cellen kunnen helpen om afweercellen actief te maken. Bij deze vorm van vaccinatie worden voorlopers van de dendritische cellen uit het bloed gehaald. Vervolgens worden de dendritische cellen in het lab “getraind” om te zorgen dat ze de afweercellen tegen de kanker kunnen activeren. Daarna worden deze getrainde dendritische cellen in de vorm van een vaccin aan de patiënt teruggegeven. In de patiënt kunnen de dendritische cellen dan de juiste afweercellen tegen de kanker activeren, zodat kankercellen kunnen worden vernietigd. Behandeling met vaccins vind momenteel nog plaats binnen klinische trials.
TIL-therapie
Bij TIL-therapie worden grote aantallen eigen afweercellen teruggegeven aan de patiënt. Deze afweercellen zijn afkomstig uit een stukje tumor van de patiënt. De behandeling begint met het verwijderen van een stukje tumor. Vaak wordt hier een uitzaaiing voor gebruikt. In dit stukje tumor bevinden zich kankercellen, maar ook afweercellen. In het laboratorium vermeerderen de afweercellen uit de tumor zich tot uiteindelijk miljarden afweercellen. Vervolgens krijgt de patiënt een korte voorbehandeling met chemotherapie om het lichaam voor te bereiden op de grote hoeveelheid afweercellen die gegeven gaan worden. Daarna worden de afweercellen via een infuus teruggegeven aan de patiënt. De opgegroeide afweercellen kunnen in veel gevallen vervolgens de kankercellen herkennen, en dus vaak vernietigen.
TIL-therapie wordt op het moment alleen nog gegeven als een experimentele therapie, in een klinische trial. Het wordt met name toegepast bij patiënten met uitgezaaid melanoom, maar is ook in ontwikkeling voor andere vormen van kanker.
T-cel receptor (TCR) gentherapie en CAR T celtherapie
Bij deze vormen van therapie worden eigen afweercellen van de patiënt bewerkt en daarna teruggegeven aan de patiënt. De afweercellen worden met een leukaferese-apparaat uit het bloed gehaald en vervolgens in het laboratorium bewerkt door een gen in te brengen dat ze gaat helpen om kankercellen te herkennen. Na deze genetische bewerking worden de afweercellen vermeerderd tot grote aantallen. De patiënt krijgt daarna een korte behandeling met chemotherapie om het lichaam voor te bereiden op de grote hoeveelheid bewerkte afweercellen die met een infuus worden teruggeven. De afweercellen kunnen dankzij de bewerking iets wat ze daarvoor niet konden; de kankercellen herkennen, en vaak ook vernietigen.
T-cel receptor (TCR) gentherapie en CAR T celtherapie wordt op het moment alleen nog gegeven als een experimentele therapie in klinische trials. Het wordt bijvoorbeeld toegepast bij patiënten met uitgezaaid melanoom of bloedcelkankers zoals acute lymfatische leukemie of non-hodgkin lymfoom. Vooral bij bloedcelkankers zijn er bemoedigende resultaten gezien. Dit stimuleert verder onderzoek naar deze therapie.
Immuuntherapie kan op verschillende manieren worden gegeven. Dit is afhankelijk van de soort immuuntherapie. De behandelingen worden meestal gegeven via een infuus. Daarvoor verblijft u een aantal uur op de dagbehandeling of wordt u -bij andere vormen van immuuntherapie- opgenomen op een verpleegafdeling.
Sommige vormen van immuuntherapie worden één keer gegeven, zoals TIL-therapie of T-cel receptor gentherapie. Andere vormen, zoals behandelingen met checkpoint remmers, worden elke twee of drie weken gegeven – gedurende een bepaalde periode. Uw arts zal met u bespreken hoe de behandeling in uw specifieke geval wordt gegeven.
Soms krijgt u bij de immuuntherapiebehandeling ook een extra behandeling met cytokinen. Cytokinen zijn lichaamseigen hormonen die het afweersysteem kunnen stimuleren of juist remmen.
Cytokinen kunnen ondersteunend worden gegeven om het effect van andere immuuntherapieën te versterken.
U kunt last hebben van bijwerkingen van immuuntherapie. Van welke bijwerkingen u last kunt krijgen, hangt af van:
- de soort behandeling;
- de dosis;
- de duur van de behandeling;
- de combinatie met andere medicijnen.
De bijwerkingen van immuuntherapie zijn anders dan die van chemotherapie. Zo wordt u zelden of nooit kaal van immuuntherapie. Aangezien de mogelijke bijwerkingen per soort immuuntherapiebehandeling sterk kunnen verschillen, kunt u het beste de bijsluiter of patiënteninformatie folder van uw specifieke medicijnen controleren. Vaak zorgt immuuntherapie voor het versterken van afweerreacties en soms kan dit leiden tot afweerreacties gericht tegen het eigen lichaam (auto-immuniteit). Het afweersysteem wordt immers sterk gestimuleerd door de immuuntherapie. U kunt hierdoor last krijgen van bijvoorbeeld een grieperig gevoel, darmontstekingen met diarree als gevolg, of huidontstekingen in de vorm van uitslag. Behandelingen met medicijnen die het afweersysteem remmen kunnen soms nodig zijn om dit soort klachten te behandelen. Dit hoeft geen effect te hebben op de anti-kankerwerking van uw behandeling.
Het is belangrijk al uw klachten te bespreken met uw specialist. Hij kan u mogelijk medicijnen voorschrijven die helpen tegen de klachten. Soms wordt de dosis van het medicijn tijdelijk verlaagd of aangepast. Soms wordt er een pauze in de behandeling ingelast.
Het is niet te voorspellen hoe u op immuuntherapie reageert. Sommige mensen hebben veel last van bijwerkingen, anderen merken er minder van. De ernst van de bijwerkingen zegt meestal niets over het resultaat van de behandeling. Als u veel last heeft van bijwerkingen, betekent dat niet automatisch dat de behandeling goed werkt. Omgekeerd geldt hetzelfde: als u weinig last heeft van bijwerkingen, dan wil dat niet zeggen dat de immuuntherapie niet goed werkt.
Er wordt veel onderzoek gedaan, met name naar de verbetering van de bestaande vormen van immuuntherapie. Het onderzoek richt zich onder andere op:
- meer inzicht verkrijgen in de werking van immuuntherapie;
- een beter begrip van de vormen van kanker die met immuuntherapie te behandelen zijn;
- ontwikkeling van nieuwe soorten immuuntherapie (bijvoorbeeld nieuwe checkpoint remmers en vaccins);
- testen van verschillende combinaties van (immuun-)therapieën;
- eigenschappen van de patiënt of de tumor identificeren waarmee voorspeld kan worden of een patiënt een hoge kans heeft om te reageren op de behandeling.
De TIL-behandeling is een vorm van immuuntherapie: een behandeling gericht op het versterken van de eigen afweerreactie. In de TIL-studie (fase III-onderzoek) wordt deze nieuwe behandeling voor patiënten met uitgezaaid melanoom onderzocht.
Op de pagina over de TIL-studie vindt u meer informatie.