Neoadjuvante immuuntherapie-combinatie inzetbaar en effectief bij blaaskanker

13 okt. 2020 14:48

Onderzoekers van het Antoni van Leeuwenhoek hebben deze week in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Medicine de resultaten gepubliceerd van de NABUCCO studie. Ze lieten zien dat neoadjuvante immuuntherapie met een combinatie van twee medicijnen (nivolumab en ipilimumab) ook bij blaaskanker inzetbaar is zonder de operatie in gevaar te brengen, en bovendien goede resultaten laat zien.

Kans op terugkeer ziekte kleiner maken
De publicatie is een belangrijke mijlpaal in onze kennis over de behandeling van patiënten met blaaskanker (meer exact: urotheelcelcarcinoom). Bij deze patiënten komt de ziekte na de operatie nu nog vaak terug. Een behandeling met immuuntherapie voorafgaand aan de operatie is erop gericht deze kans op terugkeer zo klein mogelijk te maken. Immuuntherapie is niet gericht op de tumor zelf, maar helpt het eigen immuunsysteem de ziekte te bestrijden.

Internist-oncoloog Michiel van der Heijden, leider van het onderzoek: ‘Voor dit stadium gevorderde blaaskanker, met name de patiënten die al lymklieruitzaaiingen hebben, is het risico op recidief en sterkte zeer hoog en zijn er geen goede behandelmogelijkheden. De bevindingen in deze studie kunnen het perspectief voor deze patiënten hopelijk verbeteren.’

Volgens plan geopereerd en effectief?
Aan de NABUCCO-studie deden 24 patiënten mee met lokaal gevorderde (stadium III), operabele, blaaskanker. Hun ziekte was dus nog niet uitgezaaid via de bloedbaan. In de studie wilden de onderzoekers twee vragen beantwoorden. De primaire vraag was: kunnen alle patiënten na de behandeling met immuuntherapie volgens plan geopereerd worden? Met andere woorden: laten we geen kostbare tijd verloren gaan door eerst immuuntherapie te geven en dan pas te opereren. Daarnaast wilden de onderzoekers weten of deze combinatie van neoadjuvante immuuntherapie effect laat zien bij deze groep patiënten.  

Resultaten
De resultaten stemden positief. Van de 24 patiënten konden 23 inderdaad binnen de geplande 12 weken geopereerd worden, ook de patiënten die bij aanvang een grote tumor hadden. Eén patiënt werd vier weken later geopereerd, in verband met een bijwerking van de therapie. De hoofdvraag van het onderzoek kon dus positief beantwoord worden.

Daarnaast liet de studie zien dat neoadjuvante immuuntherapie bij lokaal-invasieve blaaskanker inderdaad effect heeft: het merendeel van de tumoren was substantieel geslonken. Bij 11 van de 24 patiënten (46%) zag de patholoog na de operatie onder de microscoop zelfs helemaal geen kankercellen meer in het weefsel. Dat heet een pathologisch volledige respons.

Bij twee van de 24 patiënten is de ziekte helaas binnen het jaar teruggekomen. Dit percentage is lager dan te verwachten is bij dit stadium van de ziekte. Een van hen is inmiddels overleden aan de gevolgen van uitgezaaide kanker.

Welke biomarkers maken het verschil?
Een belangrijke vraag is vervolgens: hoe komt het dat sommige patiënten beter op immuuntherapie reageren dan andere? Welke biomarkers zijn er in het spel die helpen voorspellen wie kans heeft om goed op de therapie te reageren en wie niet? Het grote voordeel van neoadjuvante immuuntherapie is dat dit op moleculair niveau uitstekend geanalyseerd kan worden, zowel aan het begin van het traject (in een biopt) als na de operatie (in het weggenomen weefsel).

De onderzoekers onderzochten diverse bekende biomarkers die bij andere kankersoorten, of in een heel vroeg stadium van blaaskanker, voorspellend zijn gebleken voor resistentie tegen immuuntherapie. Hiermee ontdekten ze onder meer dat de concentratie van T-cellen in de tumor, een biomarker die voor een belangrijk deel het succes voorspelt bij monotherapie met checkpointremmers bij patiënten met een heel vroeg stadium van blaaskanker, geen enkele rol speelt bij de combinatietherapie die zij hebben onderzocht.

Op zoek naar de optimale verhouding
De NABUCCO-studie wordt voortgezet: in een vervolgstudie wordt nu onderzocht wat de beste balans is tussen effectiviteit en veiligheid van de combinatietherapie, door de meest optimale verhouding te achterhalen van de geneesmiddelen ipilimumab en nivolumab.

Vervolgens zijn grotere studies nodig om de resultaten te valideren. De komende jaren zal neoadjuvante immuuntherapie bij blaaskanker, evenals bij andere kankersoorten, dus alleen nog in studieverband beschikbaar zijn.

Neo-adjuvante immuuntherapie bij andere kankersoorten
Blaaskanker is met deze publicatie over blaaskanker de derde kankersoort, na melanoom en darmkanker, waarvoor onderzoekers van het Antoni van Leeuwenhoek in een publicatie in een gerenommeerd wetenschappelijk tijdschrift de grote meerwaarde hebben laten zien van deze combinatie van immuuntherapie wanneer die voor de operatie gegeven wordt aan patiënten met niet-uitgezaaide kanker. Studies met andere kankersoorten lopen nog.

De NABUCCO loopt sinds 2018 en is een zogenoemde investigor-initiated study, opgezet door internist-oncoloog en onderzoeker Michiel van der Heijden en uitgevoerd door arts-onderzoeker Nick van Dijk en onderzoeker Alberto Gil-Jimenez, samen met een multidisciplinair team van artsen en onderzoekers.

Nick van Dijk et al., Preoperative ipilimumab plus nivolumab in locoregionally advanced urothelial cancer: the NABUCCO trial. Nature Medicine 12 oktober 2020 (online).

Links

De NABUCCO studie
De behandeling van blaaskanker in het Antoni van Leeuwenhoek

Lees ook:

Immuuntherapie voor de operatie heeft effect bij darmkanker
Immuunsysteem verdient voorrang