Endeldarmkanker

We weten niet altijd waarom iemand endeldarmkanker krijgt. Wel zijn er factoren die de kans groter maken:

• Ongezonde leefstijl
• Erfelijkheid
• Chronische ontsteking van de darmen

Symptomen van endeldarmkanker kunnen zijn:

• Bloed bij de ontlasting
• Een verandering van het ontlastingspatroon
• Verstopping
• Diarree
• Een vol gevoel
• Minder trek in eten
• Pijn of kramp in de buik
• Pijn bij het zitten
• Vermoeidheid of duizeligheid

Na de behandeling kan de endeldarmkanker terugkomen. Dit gebeurt bij 5 tot 10 van de 100 mensen. De kanker komt dan vaak terug in het bekken. Dit heet recidief rectumkanker.

We zien dit soms bij controle op de polikliniek. Soms merkt u het zelf, bijvoorbeeld door:

• bloed bij de ontlasting
• pijn in het bekken
• een voelbare zwelling
• moeite met de ontlasting

Meestal is endeldarmkanker niet erfelijk. Soms wel. In sommige families komt darmkanker (dikkedarm- of endeldarmkanker) vaak voor. De arts stelt dan voor om te onderzoeken of er erfelijke aanleg is. Erfelijke aanleg betekent dat u meer kans heeft op darmkanker dan andere mensen.

Sommige erfelijke ziektes geven een grotere kans op darmkanker:

• het Lynch-syndroom
• Familiaire Adenomateuze Polyposis(FAP of AFAP)
• MUTYH geassocieerde polyposis (MAP)

De arts kan deze ziektes opsporen met erfelijkheidsonderzoek. De arts kijkt dan bijvoorbeeld of er een fout zit in het APC-gen. Of naar microsatelliet instabiliteit (MSI).

Soms is er geen duidelijke reden waarom veel mensen in een familie darmkanker krijgen. Dan krijgen familieleden wel regelmatig een darmonderzoek.