Oratie Marie-Jeanne Vrancken Peeters: Borstkanker, zorg op maat!

5 okt. 2022 10:00

Als een studie is afgerond, of als er resultaten van een studie bekend zijn, duurt het vaak nog lang voordat de richtlijnen zijn vastgesteld of aangepast. Prof. dr. Marie-Jeanne Vrancken Peeters pleit voor het gecontroleerd invoeren van nieuwe behandelingen nog voordat de richtlijnen zijn vastgesteld. In haar oratie van 6 oktober op de Faculteit der Geneeskunde van de Universiteit van Amsterdam zal ze dat betogen.

“Ik ben eigenwijs,” zegt Marie-Jeanne in de eerste paar zinnen van haar oratie: “en gelukkig maar, want dat maakt het leven, het werk, de wetenschap levendig. Borstkankerzorg op maat betekent niets anders dan de juiste behandeling voor die ene individuele patiënt met die ene vorm van borstkanker. En dat betekent niet alleen maar kijken wat de richtlijn zegt. Nee, wat is de beste behandeling voor haar, voor deze ene mevrouw, dit ene meisje, of deze ene meneer?”

Niet volgens de richtlijn

Toen Marie-Jeanne zelf borstkanker kreeg op haar 36ste, was de standaardbehandeling om er direct vol in te gaan; borst verwijderen, okselklieren verwijderen, chemotherapie, radiotherapie. Dit allemaal om te voorkomen dat het terug zou keren. En zo was het dus in eerste instantie ook bedacht in het multidisciplinaire overleg dat in het Antoni van Leeuwenhoek.

“Totdat één van de pathologen nog eens onder de microscoop naar mij gekeken had en vaststelde dat de tumorcellen nét iets anders waren; ze deelden heel langzaam. Als cellen niet delen, is het niet waarschijnlijk dat chemotherapie iets positiefs kan uithalen,” vertelt Marie-Jeanne. “Ik had een tweede gesprek met mijn toen nog toekomstige collega Hester Oldenburg en ze vertelde dat ik toch ook kon kiezen voor een borstsparende operatie. Ik kreeg dus een behandeling op maat: een behandeling die aansloot bij mijn situatie, maar tegelijkertijd helemaal tegen de op dat moment geldende richtlijnen in.

Wat ik bepleit is eigenlijk wat we in het Antoni van Leeuwenhoek al doen. We bespreken elke patiënt in een multidisciplinair overleg en dan kijken we echt naar de individuele mens zelf; een mens met een individuele vorm van borstkanker. Vervolgens stellen we zo veel mogelijk zorg op maat voor. Als er iemand naar een congres is geweest waarin onderzoek is gepresenteerd, of iemand kennis heeft van resultaten van een studie, bespreken we dat. We kijken of we de resultaten al voldoende valide vinden om toe te gaan passen in de praktijk. Dan zijn de richtlijnen nog niet vastgesteld, dus dan lopen we vooruit. Je doet dat natuurlijk nooit alleen, we moeten het er met het hele team over eens zijn over dat we dit verantwoord vinden."

Foto Marie Jeanne 2
Wat ik bepleit is eigenlijk wat we in het Antoni van Leeuwenhoek al doen. We bespreken elke patiënt in een multidisciplinair overleg en dan kijken we echt naar de individuele mens zelf.
Marie-Jeanne Vrancken Peeters

De-escaleren

“Er wordt op vele fronten onderzoek gedaan om te kijken of er bij die individuele patiënt tot meer zorg op maat kunnen komen. De focus ligt vooral op de-escalatie; zo min mogelijk behandelen, omdat behandelen als het eigenlijk niet echt nodig is, alleen maar nare bijwerkingen geeft. Een voorbeeld is de LORD studie van mijn collega’s, chirurg Frederieke van Duijnhoven en patholoog Jelle Wesseling. In deze studie wordt gekeken of het mogelijk is om te de-escaleren bij DCIS, wat betekent dat je goed in de gaten houdt wat er gebeurt, maar dat je niet gaat behandelen voordat het nodig is.

Of de mooie TRAIN studies van collega Gabe Sonke waarbij we bij patiënten met een HER 2-positieve vorm van borstkanker inmiddels vaak minder chemotherapie hoeven te geven. Gelukkig zijn er nog veel meer van dit soort studies gaande. Ik heb zelf veel baat gehad bij de-escalatie, maar ik besef me heel goed dat dit niet voor iedereen mogelijk is. Er gaan simpelweg nog steeds te veel mensen dood aan de gevolgen van borstkanker.

Tegelijkertijd moet je in de spreekkamer ook goed luisteren naar wat de patiënt zelf zegt. Toen ik zelf het ziekenhuis uit liep nadat ik mijn diagnose had gehoord, wist ik het even niet meer. En elk advies was welkom. Maar soms maak ik mee dat mensen een intuïtief gevoel hebben, of een speciale wens. Dat kan ook reden zijn om van de richtlijn af te wijken en op die manier zorg op maat te bieden.”